De nieuwe vrijstelling voor starters op de woningmarkt heeft veel losgemaakt.

Er zijn echter meer wijzigingen doorgevoerd, die gevolgen kunnen hebben voor kopers van vastgoed.

Bij de aankoop van een woning, waarbij de bedoeling van kopers is hier langere tijd te blijven wonen, geldt sinds 1 januari 2021 een tarief van 2% of een vrijstelling.

Het komt regelmatig voor dat kopers bij de aankoop van een woning op dezelfde dag of op een later moment nog een 'aanhorigheid' aankopen: bijvoorbeeld een extra stukje tuingrond of een garagebox. Eerder was deze aankoop belast tegen een tarief van 2%. Sinds 1 januari geldt echter dat de vrijstelling of het 2% tarief alleen kan worden toegepast indien de aanhorigheid gelijktijdig met de woning wordt verkregen. Is dit niet het geval, dan is 8% overdrachtsbelasting verschuldigd.

Stel: je koopt op 1 juni 2021 een woning, waarbij de startersvrijstelling van toepassing is. Op 15 augustus kun je een stukje extra tuin kopen van de gemeente. Bij de aankoop van dit stukje tuingrond betaal je 8% overdrachtsbelasting.

Wanneer je een recreatiewoning koopt, waarbij permanente bewoning niet is toegestaan, kan niet worden voldaan aan het vereiste dat de woning langere tijd zal worden gebruikt als hoofdverblijf. Bij de aankoop hiervan betaal je dan ook 8% overdrachtsbelasting.

Stel: je koopt een pand dat gedeeltelijk is bestemd voor bewoning en gedeeltelijk voor andere doeleinden (bijvoorbeeld bedrijfsdoeleinden). De startersvrijstelling en het 2% tarief kunnen dan alleen worden toegepast op het deel dat voor bewoning is bestemd (mits de koper dit als hoofdverblijf gaat gebruiken). Indien dit geen splitsbare onderdelen zijn, geldt dat de vrijstelling en het 2% tarief alleen toegepast kunnen worden indien het pand ten minste voor 90% voor bewoning is bestemd.

De koop van niet-woningen (bijvoorbeeld een bedrijfspand of een perceel grond) is per 1 januari 2021 belast tegen een tarief van 8%, in plaats van het oude tarief van 6%.

Dit verhoogde tarief geldt ook voor de aankoop van woningen door particulieren of niet-natuurlijke personen die de woning niet als hoofdverblijf zullen gebruiken.

Stel: je koopt op 1 juli 2021 een woning. Je gaat deze woning niet zelf bewonen, maar gaat deze verhuren. Bij deze verkrijging geldt het tarief van 8%.

Heb je na het lezen van dit artikel nog vragen? Neem dan contact met ons op.