Regelmatig stellen onze klanten vragen over ANBI's (Algemeen Nut Beogende Instelling). Een van de meest gestelde vragen gaat over de mogelijkheid om bestuurders een salaris toe te kennen. In dit artikel gaan we daarom in op de vraag "Mogen bestuurders van een ANBI nou wel of geen salaris ontvangen van de ANBI?"

Algemeen Nut Beogende Instellingen

Nederland telt een groot aantal organisaties die bijdragen aan het algemeen nut, waarvan er zo’n 45.000 bij de Belastingdienst geregistreerd zijn als ANBI. Dit zijn organisaties als goede doelen, culturele instellingen, kerken en andere religieuze instellingen. De meeste algemeen nut beogende instellingen zijn stichtingen.

Wanneer een instelling is aangemerkt als ANBI dan kom die in aanmerking voor diverse voordelen. Denk bijvoorbeeld aan vrijstellingen voor erf- en schenkbelasting voor erfenissen en schenkingen die de instelling gebruikt voor het algemeen belang. Als een ANBI zelf schenkingen doet in het algemene belang, dan hoeft de ontvanger geen schenkbelasting te betalen. Andersom kunnen donateurs van een ANBI hun giften aftrekken van de inkomsten- of vennootschapsbelasting. Om in aanmerking te komen voor de aftrek van periodieke giften, moeten de donateur en de ANBI de gift vastleggen in een overeenkomst.

Een veel door ons klanten gestelde vraag over ANBI's is die over het salaris van de bestuurders. Mag je als bestuurder van een ANBI nou wel of geen salaris ontvangen? Het antwoord daarop hangt af van de vraag wie de beleidsbepaler van de ANBI is. De beloning voor beleidsbepalers is op grond van de wet namelijk beperkt tot een onkostenvergoeding of minimale vacatiegelden.

Wie is de beleidsbepaler?

De wetgeving inzake ANBI's (de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR)) en de uitvoeringsregeling van de AWR geven geen nadere invulling van de definitie wie beleidsbepaler is. Uit het aanvraagformulier voor de ANBI-beschikking van de Belastingdienst valt echter af te leiden dat de definitie van een beleidsbepaler ziet op het orgaan van de ANBI dat eindverantwoordelijk is voor het beleid van de ANBI, zonder feitelijk ondergeschikt te zijn aan een ander persoon of orgaan van die ANBI.

Kortom, als er bij een stichting sprake is van enkel een bestuur, dan worden de bestuurders dus aangemerkt als de beleidsbepalers. Indien sprake is van een toezichthoudend orgaan (zoals een Raad van Toezicht of een Raad van Commissarissen) dan worden de leden van dat toezichthoudend orgaan als beleidsbepalers aangemerkt. In dat laatste geval kan een (directeur-)bestuurder van een ANBI dus een regulier salaris ontvangen. Ontbreekt een toezichthoudend orgaan (er is dus enkel sprake van een bestuur) dan is slechts een onkostenvergoeding en niet-bovenmatig vacatiegeld toegestaan.

Vacatiegeld

Vacatiegeld is een vergoeding die bestuursleden van de ANBI ontvangen voor het voorbereiden en bijwonen van vergaderingen. Vacatiegeld is in ieder geval niet bovenmatig (dus toegestaan) als de beloning per lid, per vergadering niet meer is dan 3% van het maximum van salarisschaal 18 voor rijksambtenaren. De voorzitter van het orgaan mag 130% van die vergoeding ontvangen.

Een hoger vacatiegeld is bij hoge uitzondering toegestaan. Daarbij spelen onder meer de aard en omvang van de instelling een rol en de maatschappelijke positie van het lid van het orgaan van de instelling dat het beleid bepaalt.

Let op dat een (vaste) vergoeding die niet afhankelijk is van het bijwonen van vergaderingen en de daarbij behorende voorbereiding, in beginsel niet als vacatiegeld kan worden aangemerkt. Ook hier geldt een uitzondering, namelijk wanneer die vaste vergoeding dan weer gebaseerd is op een veronderstelde vacatie en niet bovenmatig is. Van een veronderstelde vacatie is sprake als de vergoeding geacht kan worden te staan tegenover de uren die besteed moeten worden voor het voorbereiden en bijwonen van vergaderingen en bijeenkomsten.

Kortom, het is mogelijk om als bestuurder van een stichting met ANBI-status een regulier salaris toegekend te krijgen, maar alleen wanneer die stichting ook een toezichthoudend orgaan zoals een Raad van Toezicht heeft. En die leden hun werk dan vervolgens tegen niet-bovenmatige vacatiegelden en een onkostenvergoeding verrichten.